U bent hier
Nooit Meer Oorlog

Maandag diende Vlaanderen een lijst met 19 sites uit de Eerste Wereldoorlog in bij de UNESCO met de vraag om die als werelderfgoed te laten erkennen.
Vlaanderen deed dat samen met Wallonië en Frankrijk, die elk ook een selectie maakten. De vraag is dus grensoverschrijdend. Logisch, want dat was de frontlijn in '14-'18 tenslotte ook.
Deze samenwerking tussen regio's en landen is niet alleen uit historisch opzicht zinvol, ook om praktische redenen. Er staat een limiet op de frequentie waarmee een land een dossier kan indienen bij UNESCO. Een beurtrol zoals in dit geval - waarbij Frankrijk indient - komt dan goed van pas.
Een soortgelijke samenwerking zet Vlaanderen op met Nederland om de UNESCO-zegen te krijgen voor de erkenning van de landloperskolonies van Wortel en Merksplas. Dat dossier gaat de deur uit vanuit Nederland, waar ook historische kolonies liggen.
Of UNESCO de WOI-sites uiteindelijk zal erkennen als werelderfgoed weet ik niet, maar ik mag hopen van wel.
Minister van Onroerend Erfgoed Geert Bourgeois is erin geslaagd alle mogelijke partners op een rij te krijgen: de Boerenbond, UNIZO, VOKA, het Algemeen Boerensyndicaat, historici, de lokale overheden, de eigenaars, Toerisme Vlaanderen,... Dat is op zich al een prestatie.
Maar los daarvan zou zo'n erkenning ook een vredesdimensie hebben. De restanten van deze wereldbrand als universeel erfgoed erkennen is wat mij betreft een andere manier om te zeggen: Nooit Meer Oorlog.