Alles kan beter

Herita is de belangrijkste erfgoedorganisatie van Vlaanderen, en u kent deze vzw wellicht als de organisator van de jaarlijkse Open Monumentendag. Daarnaast moet Herita de Vlamingen warm maken voor onroerend erfgoed door leden te werven, en beheert het zelf een 14 monumenten en sites. Voor haar takenpakket krijgt de vzw flink wat subsidies en sloot het een samenwerkingsverband af met de Vlaamse regering. Die verwacht niets meer of minder dan dat Herita een voorbeeld wordt wat betreft beheer en ontsluiting van onroerend erfgoed in Vlaanderen, en die kennis deelt met de rest van de sector.

Drie weken geleden kwam Herita in het nieuws met berichten over personeelsverloop en wanbeheer (lees hier).

Naar aanleiding van die onheilsberichten ondervroegen de leden van de commissie onroerend erfgoed vanochtend verantwoordelijk minister Geert Bourgeois. De problemen werden er nogmaals opgelijst, sommige daarvan werden erkend door de minister, anderen: weerlegd of gekaderd. Het is immers zo dat de minister al geruime tijd proactief reageerde op de problemen, dankzij o.a. de briefings die ik hem de afgelopen maanden gaf. Ik probeer sinds ik als parlementslid werk zo goed mogelijk de vinger aan de pols te houden in de sector, en wist dat er zich problemen stelden bij Herita.

De diagnose stellen was niet prettig, maar over het algemeen was het debat over alle partijen heen erg constructief. Wat ons bindt, is de zorg om het erfgoed. Het is zeker niet zo dat, zoals de oppositie opwierp, dat de overheid de handen aftrekt van Herita.

Het nieuwe management van Herita krijgt het vertrouwen van de meerderheid. Met de meerderheidspartijen doe ik in een motie aanbevelingen aan de minister om een goede doorstart van Herita te verzekeren.