Bottom up in de cultuursector

Door Manuela Van Werde op 30 augustus 2016, over deze onderwerpen: Antwerpen, Cultuur, deSingel
Els De Bodt, algemeen directeur van HETPALEIS (foto Maarten Van Nieuwenhove)

De voorbije week was ik te gast op de opening van het Theaterfestival in deSingel in Antwerpen, waar theaterrecensent en Hart boven Hard-woordvoerder Wouter Hillaert een State of the Union hield waarvan een ingekorte versie daags nadien in De Standaard verscheen. Lees hier.

Hillaert hield een pleidooi voor radicalisering in de theatersector. Zijn woordkeuze is niet toevallig. Radicalisering is een woord waarmee je deze dagen gegarandeerd de aandacht trekt, maar het lijdt aan metaalmoeheid. Zo zijn er vast ook wel redenen om te pleiten voor radicalisering in de gezondheidszorg, de sport en het onderwijs.

Als ik Hillaert goed begreep, pleit hij voor radicalisering in de theatersector om los te komen van het perpetuum mobile van de kunstenaar wiens vrijheid bepaald wordt door de mate waarin hij door de overheid betoelaagd wordt. Aan het einde van de cyclus is niemand tevreden, maar in afwachting van de volgende subsidieronde doet iedereen zijn ding, waarna de cyclus opnieuw begint. Daar kan ik Hillaert in volgen.

Ik haak af wanneer hij zijn radicalisering staaft met ideeën als de toegang tot een voorstelling enkel garanderen als je de bezoeker iemand van een andere huidskleur meebrengt. Als ik in zijn tekst de uithaal naar de beleidsdomeinen 'asiel' en 'pensioenen' lees, kan ik me niet van de indruk ontdoen dat hij dit echt meent. In het betoog van Willaert krijgt het politiek activisme immers altijd de overhand op het artistieke. Jan Fabre deelt mijn mening, zo lees ik in de Standaard vandaag. Idem dito voor Rudi Laermans, in diezelfde krant.

Toen ik midden jaren ’80 in het theater mijn weg zocht, sprak niemand over quota voor de tewerkstelling van jongeren in de sector, laat staan dat er toen al sprake was van een participatiedecreet. De noodzakelijke vernieuwing van de Vlaamse podiumkunsten is toen van onderuit gekomen, dankzij beeldenstormers als Jan Fabre, Jan Decorte, Luc Perceval, Ivo Van Hove en Anne Teresa De Keersmaeker. De vernieuwing van het publiek volgde vanzelf.

Als Hillaert ‘verjonging en verkleuring’ wil zien op de Vlaamse podia dan zal dat enkel gebeuren dankzij het feit dat de deur opengezet wordt, niet door de deur te forceren. En de deur stààt open, in Vlaanderen houdt niemand je tegen om iets nieuws op touw te zetten.

Ik voel meer voor wat Els De Bodt, de nieuwe directrice van HETPALEIS in Antwerpen in het tijdschrift Etcetera zegt. In HETPALEIS geeft De Bodt werk aan meer dan 50 mensen in het grootste jeugdtheater van Vlaanderen. In het interview zegt zij dat 'de nieuwe realiteit van de diverse samenleving voluit mag binnendringen in alle geledingen van HETPALEIS, maar organisch, niet door krampachtig de kaart van het niet-westerse te trekken.’ Ze windt zich op in de negatieve score van de beoordelingscommissie voor de theatersubsidies die de werking van HETPALEIS als ‘onvoldoende sociaal' beoordeelde. Ook legt ze het verwijt naast zich neer dat haar oordeel gebaseerd is op een ‘blanke, westerse bril’. Het volledige interview lees je hier.

Een soortgelijke déclique had ik op de Cultuurmarkt in Antwerpen. Dankzij het mooie weer werd het een druk bijgewoonde en aangename middag, met het puikje van wat onze cultuurmakers en musea Vlaanderen te bieden hebben. De organisatie had voor het thema ‘urban’ gekozen, al zullen de bezoekers daar niet veel van gemerkt hebben, noch in de publieksparticipatie en al evenmin in het aanbod. De vraag is of we daar per se een probleem van moeten maken. Kwaliteit drijft immers altijd boven.

Het was geen toeval dat de dansdemonstraties en battles van Let’s Go Urban op de Cultuurmarkt zoveel belangstelling trokken. Initiatiefneemster Sihame El Kaouakibi detecteerde in de nieuwe stedelijkheid vraag en aanbod. Ze heeft dan ook niet op groen licht van wie dan ook gewacht toen ze in 2009 begon. Zij is zo overtuigend aan de boom beginnen schudden dat ze de aandacht van de privésector trok, en de overheid zich kon beperken tot de rol van facilitator. De Stad Antwerpen beloonde Sihame en de honderden jongeren die met Let's Go Urban de tijd van hun leven hebben met een vaste stek op het Kiel (Feestzaal Kielpark) in Antwerpen.

Ik hef graag het glas op het nieuwe cultuurjaar, met de wens ‘Bottom up!’

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is