U bent hier
Stof tot nadenken in Tilburg

Vorig week bezocht ik het Textiemuseum in Tilburg, op een goed uur rijden vanuit Antwerpen. Tilburg kent u misschien van de Efteling, maar ook het museum is meer dan een bezoek waard.
Toch ging er ik niet heen uit toeristische overwegingen. Ik had er een afspraak met directeur Errol van de Werdt, die me een rondleiding gaf, maar daarnaast ook de tijd nam om de werking van het museum toe te lichten. Daarover had ik veel goeds gehoord van een vriendin, die op het vlak van museaal management erg onderlegd is.
Het Textielmuseum is gebouwd op de resten van de ooit zo bloeiende textielindustrie in Tilburg. Het is gevestigd in een voormalige fabriek, fraai gerenoveerd en omgebouwd tot een bezoekers- en belevingscentrum. Het houdt het ambacht in leven, koestert de erfenis van het lokale textiel als cultureel erfgoed, maar het is zoveel meer dan dat.
Errol van de Werdt schetste drie pijlers in de werking van het Textielmuseum:
- een werkomgeving voor professionals uit de textielsector (designers)
- een leeromgeving
en
- een omgeving voor de bezoekers.
Professionals kunnen er terecht om opdrachten uit te voeren. Denk daarbij niet aan massaproductie, want dat is in Tilburg verleden tijd. Denk meer aan unieke stukken van designers die een beroep doen op de kennis en het beschikbare productieapparaat van het museum. Textiel uit Tilburg vind je nu dan ook op zeer exclusieve plekken, van in het vliegtuig van de Nederlandse koninklijke familie tot in het MOMA in New York en in de flats van steenrijke Arabieren in Dubai.
De leeromgeving is een open uitnodiging voor aspirant- en gevestigde designers en kunstenaars om in het museum op zoek te gaan naar innovatie, daarbij gebruik te maken van de nieuwste technologie en liefst grenzen te verleggen. Niet toevallig bouwde het Textielmuseum ook een tentoonstellingsfunctie uit. Wonderlijke dingen zag ik daar, zoals textiel dat reageert op geluid, of een tapijt op basis van een microscopische opname van een druppel bloed van een kunstenares. Veelzeggend is dat er in het museum plaats is voor artists in residence. Dankzij het museum trekt Tilburg, anders toch een wel wat slaperige provinciestad, nu textieldesigners en opdrachten uit de hele wereld aan.
De omgeving voor bezoekers is a work in progress, waarbij het de ultieme ambitie is van directeur van de Werdt om de bezoeker als producent van textiel te profileren. Bezoekers maken nu al op een heel actieve, laagdrempelige en natuurlijke manier kennis met alle functies en afdelingen van het museum.
Het resultaat is een geheel dat gemanaged wordt als een 'museum in bedrijf', zoals de directeur dat zo mooi verwoordde. Het inkomstenmodel dat daaruit voortkomt, vond ik echt tot voorbeeld strekken.
Stof tot nadenken, om in de vakterminologie te blijven.