U bent hier
Safety first

Ik woonde ooit meer dan 20 jaar in een appartement uit 1919 in het centrum van Antwerpen. Het gebouw had zo’n prachtige houten lift met harmonicadeurtjes. Een genot voor het oog, maar ook een kopzorg voor de eigenaars. De lift was wel in orde, werd elke maand gekeurd, maar toch worstelden we met heel wat vragen waar de inspecterende firma geen antwoord op had. De veiligheidsvoorschriften 'zouden veranderen', maar wat zou dat betekenen voor onze oude lift?
Zou hij nog voldoen aan de nieuwe reglementen? Moesten we afscheid nemen van onze lift? Kwam de lift in aanmerking voor een uitzondering? Bij wie kunnen we terecht voor informatie? De antwoorden hebben we nooit gevonden.
In de commissie Onroerend Erfgoed stelde ik een vraag aan minister Bourgeois, geïnspireerd door mijn eigen liftervaringen, en de Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie (VVIA). Die vereniging trekt aan de alarmbel en beweert in een artikel op haar website dat de historische lift met uitsterven bedreigd is.
Van de minister wilde ik graag horenof de situatie echt zo precair is als VVIA doet uitschijnen, en wat er dan wel aan gedaan kan worden.
De hele problematiek is natuurlijk een evenwichtsoefening tussen veiligheid en erfgoedbeheer. Dat bleek ook heel duidelijk uit het antwoord van de minister. Hij kiest voor ‘safety first’. Niet onbegrijpelijk als je leest wat een 23-jarige studente enkele maanden geleden in Gent overkwam.
Het volledige verslag, met mijn vraag en antwoord van de minister, lees je hier.