U bent hier
Over onze kerken

De herbestemming van ons religieus erfgoed duikt vaak op in de agenda van de commissie Onroerend Erfgoed, ook deze week.
Ik stelde drie vragen aan minister Bourgeois over de kerkenbeleidsplannen die de overheid oplegt aan de kerkbesturen, in ruil voor restauratiepremies voor beschermde kerken.
Ik weet dat de lokale besturen hard aan het werk zijn om tegen de deadline eind september plannen voor te kunnen leggen, waarin ze een zinvolle en duurzame langetermijnversie formuleren voor hun patrimonium.
Dat werk wordt vaak gedaan door vrijwilligers. Die verdienen daarvoor de grootste lof, maar ook ondersteuning.
Daarom stelde ik minister deze vragen:
- Is er op het terrein voldoende duidelijkheid over wat er in zo'n kerkenbeleidsplan moet staan? Weten de lokale besturen wat ze precies moeten opnemen?
- Op welke manier houdt de administratie rekening met het feit dat meestal slechts een deel van het kerkenbestand is beschermd?
en
- Kunnen gemeenten samenwerken om een beleidsplan in te dienen?
Op de laatste vraag antwoordde de minister voluit positief: 'Schaalvergroting kan zinvol zijn.'
Voor het antwoord op de eerste vraag verwees minister Bourgeois naar de beschikbare inspiratienota op de websites van het Agentschap Onroerend Erfgoed en het Centrum voor Religieuze Kunst en Cultuur (CRKC). Ook de bisdommen verspreiden die informatie. Uiteraard is er ook het 'Projectbureau Herbestemming van Kerken', opgestart door de ministers Bourgeois en Homans, het CRKC en de Vlaamse Bouwmeester.
Over de tweede vraag was de minister duidelijk: 'Ik beklemtoon dat alle kerkgebouwen daarin moeten opgenomen worden, niet alleen de beschermde.'
De volledig uitgeschreven tekst van vragen en antwoorden in de commissievergadering vind je hier.