Op bezoek bij Ridder Smidt van Gelder

Begin deze week bezocht ik samen met enkele mensen van AG VESPA, de vastgoedpoot van de stad Antwerpen, het Museum Ridder Smidt van Gelder op de Belgiëlei. Tenminste, dat is wat op het bordje aan de voorgevel staat, want een museum is het al lang niet meer. 

Na de brand in 1987 wacht het monumentale pand op een nieuwe bestemming. Een museum zal het niet meer worden, zoveel is duidelijk. De collectie is veilig en wel opgeborgen in het MAS en het Rubenianium, en de objecten worden geregeld tentoongesteld. Minder duidelijkheid is er over de toekomst van het gebouw zelf, beschermd sinds 2002.

Het is niet zo dat niemand zich het lot van Smidt van Gelder aantrekt. 

Structureel is het nog in orde  – al zijn er 10 jaar geleden stabiliteitsproblemen vastgesteld. Regelmatige inspectie door AG VESPA voorkomt al te groot verval, waardevolle interieurelementen zijn intussen geborgen of beschermd.  Monumentenwacht controleert Smidt van Gelder ook, en op de site van het Agentschap Onroerend Erfgoed is het pand ruim gedocumenteerd als zijnde waardevol bouwkundig erfgoed (meer info: klik hier). De schitterende tuin is zelfs prima in orde, daar zorgt de groendienst van de stad voor. Je zou er zo een déjeuner sûr l’herbe kunnen organiseren.

Kortom, iedereen ijvert voor het behoud van Smidt van Gelder. Toch wordt het tijd dat er schot in de zaak komt.

Het is doodzonde dat zo’n prachtig gebouw, met zo’n verleden al ongeveer 30 jaar leeg staat. Vespa sprak de afgelopen jaren met potentiële investeerders, en heeft naar eigen zeggen nog nooit zo dicht bij een oplossing gestaan als nu. Een combinatie van horeca en kantoren lijkt de meest geschikte invulling voor het gebouw, maar dan zullen Vlaanderen, de stad en de privé-sector elk hun steentje moeten bijdragen.

Als alle neuzen in dezelfde richting staat, moet dat lukken.