U bent hier
Mijn tussenkomst in het plenaire debat begroting 2018
.
Minister-president,
Begin oktober gingen we met de collega’s van Onroerend Erfgoed op werkbezoek naar het Verenigd Koninkrijk. We werden rondgeleid door The Churches Conservation Trust, die zich inzet voor het herbestemmen van historische kerken. Die trust werkt met maar liefst 1800 vrijwilligers. We waren ook te gast bij The National Trust, een verhaal van meer dan 40.000 vrijwilligers. Een paar maanden geleden hoorden we de directeur van het Nederlandse Heemschut – mooie naam trouwens, Heemschut, het beschutten van het eigen heem – en ook bij die erfgoedorganisatie is de werking alleen mogelijk dankzij vrijwilligers die begaan zijn met hun erfgoed. Vrijwilligers, het cement van het monument, zou ik ze durven noemen.
De woorden vrijwilligers, draagvlak en middenveld waren altijd de spil van de gesprekken. Of het nu ging over kerken, cultuurhistorische landschappen of archeologie, het ging altijd daarover. Dat is ook logisch. Als mensen zich vrijwillig engageren, betekent dat dat ze een hart hebben voor de zaak. Als er dan ook rekening wordt gehouden met hun bezorgdheden en vragen, groeit dat engagement alleen maar en kan er meer worden verwezenlijkt. Dat is toch cruciaal in een tijd waarin er niet voldoende financiële ruimte is om het plaatje rond te krijgen.
De mentaliteitswijziging bij de administratie Onroerend Erfgoed zet zich verder, en dat is een goede zaak. Een historiserende benadering van het onroerend erfgoed is niet verkeerd, maar soms te belastend en eenzijdig. Bovendien kost die aanpak zoveel geld dat de burger er in veel gevallen geen begrip meer voor kan opbrengen.
Een monument mag evolueren, kan evolueren. Getuige daarvan de kerkenbeleidsplannen die u van de gemeenten vraagt voor het her- of nevenbestemmen van kerken. Vorige week was ik in de Sint-Coletakerk in Gent, op de opening van een theater- en filmschool, een nevenbestemming dus, en er was veel belangstelling! Lang geleden dat er nog zoveel acteurs in de kerk waren, denk ik. Als monumentenzorg evolueert, is dat in het belang van het monument én van het draagvlak voor onroerend erfgoed. Het vergroten van dat draagvlak is trouwens één van de redenen waarom u Herita hebt opgericht. Toen directeur Margit Bal begin deze maand het toekomsttraject van het nieuwe Herita aan de commissie kwam voorstellen, was het aansturen van het middenveld duidelijk een hoofdbekommernis.
Dat middenveld heeft de afgelopen maanden van zich laten horen naar aanleiding van het nieuwe archeologieonderdeel. Minister, het pleit voor u dat u bereid was om vroeger dan gepland bij te sturen. U trekt vanaf 2018 zelfs 1 miljoen euro, recurrente middelen, uit voor projecten die de opgravingsresultaten omzetten in boeiende verhalen voor de mensen. Ook weer om het draagvlak te stimuleren.
Intussen is er de ex-post evaluatie van het Onroerenderfgoeddecreet en uw conceptnota stelt bijkomende wijzigingen voor. We rekenen erop dat de commissie Onroerend Erfgoed in januari de mogelijkheid krijgt om met u van gedachten te wisselen en dat u dan, met het oog op dat draagvlak, rekening zult houden met de bezorgdheden. Want zoals collega Diependaele vanochtend in zijn uiteenzetting zei: we gaan voor een overheid die luistert naar de samenleving.
2018 wordt het Europees Jaar van het Cultureel Erfgoed, een jaar waarin we nog meer moeten nadenken over de betekenis van erfgoed voor de samenleving, over hoe we de maatschappij als geheel meer kunnen betrekken bij de zorg voor en de omgang met ons erfgoed.
Het is Kerstmis, vrede op aarde aan alle mensen van goede wil, en dat zijn er nogal wat in de onroerenderfgoedsector.